Planning… dat blijft altijd een ding, toch? Vooral als je werkt én studeert, lijkt het soms alsof er gewoon niet genoeg uren in een dag zitten. Ik zat er ook middenin: deadlines, meetings, tentamens – alles door elkaar. Maar laatst ontdekte ik een paar hacks die écht wat rust brachten. Misschien werkt het voor jou ook, of misschien ben ik gewoon lucky. Hoe dan ook, probeer het eens uit – kost niks en kan veel schelen.
1. Gebruik de time blocking methode – werkt verrassend goed
Ik dacht eerst: “Ja ja, tijdblokken, klinkt logisch maar ook weer zo’n hype.” Maar maanden geleden ben ik het gewoon gaan doen. Wat is het? Je deelt je dag op in blokken van bv. 30 of 60 minuten, elk blok heeft een taak. Geen multitasking meer, maar focus op 1 ding tegelijk. Voor mij hielp het echt – ik zette bijvoorbeeld om 9:00 uur een blok voor studeren en om 11:00 uur een blok voor werkmails. Klinkt strak, maar geeft juist duidelijkheid.
2. Prioriteiten stellen met de Eisenhower matrix
In ons team op werk gebruiken we vaak de Eisenhower matrix – een tool om taken in vier categorieën te zetten: dringend en belangrijk, belangrijk maar niet dringend, enzovoorts. Makkelijk om te zien wat je NU moet doen en wat kan wachten. Het scheelt stress en zorgt dat je niet eindeloos achter ‘urgent maar onbelangrijk’ aan rent. Ik print ‘m uit en hang ‘m aan mijn bureau, zo simpel kan het zijn.
3. Slim gebruik van apps die je niet overladen
Mijn collega raadde mij laatst Toggl aan – een app om je tijd bij te houden per taak. Ideaal om te zien waar je tijd naartoe gaat (vooral zinvol als studie en werk samenlopen). Let wel op: teveel apps helpen niet, ik trapte er zelf in en had drie timers tegelijk aan. Nu gebruik ik vooral Toggl en Google Calendar, en dat op zich is genoeg om overzicht te houden.
4. Pauzes plannen is geen luxe, maar noodzaak
Dit klinkt misschien alsof je een moeder hoort, maar te weinig pauzes zorgen juist voor minder focus. Probeer na elk tijdblok van 50 minuten 5-10 minuten pauze te nemen. Loop even weg van je werkplek, frissche lucht helpt echt. M’n buurman mediteert zelfs 3 minuten, zegt ‘hij laadt zo z’n batterij op’. Misschien is dat iets wat ik ook ga proberen…
5. Flexibiliteit inbouwen – niet alles hoeft strak
De grote les die ik leerde: plan strak, maar verwacht niet dat alles exact verloopt. Soms loopt je dag anders dan verwacht, en dat is oké. Wat ik doe is: ‘back-up blokken’ inplannen – een uurtje dat ik leeg laat voor onverwachte dingen of om achter te lopen met studie. Dat haalt de druk weg en maakt het plan weer houdbaar. in ons team noemen we dat ‘de buffer’, en geloof me – die redt je dag.
Bonus tip: gewoon beginnen
Misschien klinkt dat simpel, maar het lastige is vaak om überhaupt te starten. Zet die timer, open je agenda en begin gewoon met een klein taakje. Vaak komt de motivatie dan vanzelf, of je raakt tenminste in de flow. En zo’n gestarte dag is vaak al half gewonnen, toch?
Dus ja, plannen is geen exacte wetenschap – het draait om wat werkt voor jou, een beetje experimenteren en doseren. En als je een keer mist, who cares? Gewoon opnieuw proberen, maandagochtend, of na het weekend. In het grote plaatje maakt dat niet zo gek veel uit…
Heb je zelf nog tips of juist struggles? Deel ze hieronder, ik ben benieuwd wat er bij anderen speelt!