Politieke tegenstrijdigheden en afwezigheid van partijen
De Europese Commissie heeft opnieuw alle beschuldigingen van ongepaste praktijken in verband met de goedkeuring van subsidies aan milieuorganisaties afgewezen tijdens een verhoor door rechtse leden van het Europees Parlement op woensdag. Dit gebeurde toen een controversiële controlecommissie haar eerste werkzaamheden begon. Aanvankelijk hadden verschillende fracties, waaronder GroenLinks en Links, zich van de praak afzijdig gehouden, terwijl de Sociaal-Democraten en de liberalen zich tijdens de eerste bijeenkomst terugtrokken uit de vergadering.
De ’toezichtwerkgroep’ in de commissie voor begrotingscontrole werd opgericht door de rechtse alliantie, die samen een krappe meerderheid in het parlement bezit. Lidpartijen zoals de Socialisten & Democraten (S&D), Renew, GroenLinks en de Linksen beschuldigden de rechtse coalitie van het voeren van een campagne tegen maatschappelijke organisaties. Deze beschuldigingen werden door sommigen bestempeld als een heksenjacht, terwijl anderen spraken van een smearcampagne.
Verdieping en confrontaties tijdens de vergadering
De GroenLinks en Linkse fracties weigerden aanvankelijk deel te nemen aan het onderzoek. Nadat de S&D formeel had deelgenomen aan de werkgroep op woensdagochtend, verliet Oost-Europees parlementslid die partij de zaal bij de start van de vergadering, samen met een liberaal lid van Renew. Binnen de zaal ondervroegen rechtse vertegenwoordigers, waaronder parlementariërs van de Europese Volkspartij (EPP), ECR en de nationalistengroep Patriots for Europe, de leiders van de klimaat-, milieu- en begrotingsdirecties van de Commissie.
Kurt Vandenberghe, hoofd van DG CLIMA, verklaarde dat er geen bewijs was dat de bestaande regels waren overtreden. Volgens hem werkten maatschappelijke organisaties volledig onafhankelijk aan hun programma’s. Toen de eerste zorgen over de directe lobbyactiviteiten van NGOs richting Europarlementariërs werden geuit, erkende de Commissie dat dit een reputatierisico met zich meebracht en heeft het protocol voor subsidieaanvragen via het LIFE-programma aangepast.
Regelgeving en verantwoording
Eric Mamer, directeur van DG ENVI, bevestigde dat het in het verleden gebruikelijk was dat NGOs in hun werkprogramma’s details verstrekten over hun lobbyactiviteiten voor subsidieaanvragen, maar dat sinds de invoering van nieuwe richtlijnen in 2024 deze praktijk is gewijzigd.
Tijdens verder verhoor ontkende Vandenberghe bovendien dat de Europese Commissie fondsen verstrekt aan externe organisaties met als doel het lobbyen bij haar eigen diensten en departementen. Hij benadrukte dat via het Climate, Infrastructure and Environment Executive Agency (CINEA), dat subsidiemiddelen beheert, de EU niet opdraagt om lobbyactiviteiten uit te voeren, maar dat het deze niet verplicht.









