Norwegen overweegt het verbreken van de elektrische verbinding met Europa door stijgende energieprijzen

De spanning in de energiesector en de publieke onrust

De Noorse hoofdstad Oslo en haar inwoners raken steeds meer geïrriteerd door de voortdurende steun aan de energie-omwenteling in Europa. Volgens Energieminister Terje Aasland benadrukt de onenigheid over het beleid van Berlijn, dat aandringt op een uniforme elektriciteitstarief door heel Duitsland, de toenemende problemen. Deze Duitse aanpak leidt tot hogere rekeningen in Oslo en bedreigt de positie van Noorwegen op de Europese elektriciteitsmarkt, heeft Aasland tegen Euractiv gezegd.

Terwijl de elektriciteitsprijzen op de korte termijnmarkten in Duitsland vooral voor vaste contracten nauwelijks impact lijken te hebben, voelen inwoners van Noorwegen dat heviger. In negen van de tien huishoudens wordt de energieprijs ‘real-time’ afgerekend; daardoor kunnen piekbelasting en het gebruik van energie in tijden van hoge vraag de kosten aanzienlijk verhogen. Tijdens perioden van grote vraag kan een douche meer dan vier euro aan elektriciteitskosten met zich meebrengen.

Deze situatie heeft geleid tot een toenemende anti-EU-sentiment, waarbij Brussel de schuld krijgt van de stijgende prijsniveaus.

De risico’s voor de Noord-Europese energie-infrastructuur

Het verslechteren van de betrekkingen brengt problemen met zich mee voor twee grote ondergrondse kabels die Noorwegen verbinden met Denemarken, waarvan de herziening dit jaar gepland staat. Deze kabels symboliseren de politieke moeilijkheden waarmee het Europese energiesysteem kampt, vooral doordat de onderlinge netkoppelingen met buren niet langer als vanzelfsprekende oplossingen worden gezien.

“De situatie sinds de bouw van Skagerak 1 en 2 in 1975 is aanzienlijk veranderd,” vertelde Aasland tijdens een exclusief interview in Brussel, refererend aan de genoemde kabels.

De asymmetrische energie-uitwisseling en de internationale dynamiek

Toen Noorwegen zijn net werkte op kolen in plaats van wind, stuurde Oslo in de dag surplus aan waterkracht naar het zuiden. ’s Nachts stroomde de elektriciteit weer noordwaarts. Aasland gaf aan dat “symmetrie essentieel is”, maar deze balans wordt inmiddels in twijfel getrokken.

Door de toename van variabele hernieuwbare energiebronnen, zoals wind en zon, zijn de Noorse elektriciteitsuitvoeren naar de EU sinds de jaren 2000 vertienvoudigd. Noorwegen is uitgegroeid tot een grote netto exporter van elektriciteit, wat voordelig is voor de energiesector, maar consumenten maken zich zorgen dat die winst ten koste van hen gaat.

Aasland wacht op een rapport van de netbeheerder Statnett om te bepalen wat de volgende stap in de herziening van de kabels zal zijn.

De problematiek in Duitsland en de impact op Noorwegen

De problemen voor Noorwegen worden direct toegeschreven aan Duitsland, dat door de grote vraag en de behoefte aan energie een centrale rol speelt binnen het Europese elektriciteitssysteem. Duitsland, met haar centrale ligging en grote behoefte aan energie, vormt het hart van de EU-energieprijszone. Hoewel de Scandinavische landen hun netwerken al lang hebben opgesplitst in verschillende ‘biedzones’ om prijsverschillen te voorkomen, blijft Duitsland vasthouden aan één grote prijszone.

“Duitsland weigert deze grote zone op te splitsen omdat ze niet willen betalen voor verschillende prijzen in het noorden en zuiden,” aldus Aasland. “Het zou de beste oplossing zijn om in meerdere prijszones te werken, en dat moet ook zo zijn,” voegde hij toe.

De rol van Noorwegen in de energievoorziening van Europa

Noorwegen bezit uitgebreide waterkrachtbronnen en heeft in de loop der jaren zes kabelverbindingen met de EU gerealiseerd. Met een verbinding van 25 procent is Noorwegen beter aangesloten op het Europese elektriciteitsnet dan bijvoorbeeld Nederland of Frankrijk. De grote waterkeringen en de waterkrachtcentrales in Scandinavië zijn van cruciaal belang voor het stabiel houden van de prijzen op het continent.

Ondanks dat Noorwegen nooit lid is geworden van de EU, heeft het land, door zijn energie-infrastructuur en de onderhandelingspositie, aanzienlijke invloed in Brussel. Aasland benadrukt dat Oslo samen met Stockholm en Helsinki aandringt op meer baseload-capaciteit binnen Europa. „Het Noorse waterkracht-systeem kan niet alleen de gebrek aan basislast in Europa opvangen,” stelde hij.