Israel verwelkomt Eurovision-besluit en veroordeelt boycots

President Herzog bevestigt het recht op deelname

De Israëlische president Isaac Herzog uitte zijn tevredenheid over het besluit dat Israël volgend jaar kan deelnemen aan het Eurovisie Songfestival. Hij benadrukte dat zijn land “aangewakkerd moet worden om op ieder podium wereldwijd vertegenwoordigd te worden.” In een verklaring op X, de sociale mediaplaat, stelde Herzog dat hij hoopt dat het festival haar rol behoudt als een evenement dat cultuur, muziek, vriendschap tussen landen en intercultureel begrip bevordert.

Solidariteit en culturele banden

Herzog prees de beslissing als een blijk van solidariteit, kameraadschap en samenwerking tussen landen. Volgens hem versterkt deze keuze de culturele verbondenheid tussen naties, vooral door de gedeelde waarden die muziek en cultuur met zich meebrengen. Hij bedankte bovendien alle vrienden die zich uitspreken voor het recht van Israël om deel te nemen, en benadrukte dat deze beslissing een bewijs is van de kracht van culturele uitwisseling.

Politieke reactie en boycots

De Israëlische minister van Buitenlandse Zaken, Gideon Saar, reageerde eveneens op de aankondiging. Hij gaf aan dat hij de beslissing van de Europeanese Omroepunie (EBU) waardeerde, maar uitte stevige kritiek op de landen die besloten hadden Israël niet te laten deelnemen. Saar veroordeelde hun houding en noemde het “een schande dat sommige landen het Eurovisie Songfestival gebruiken als middel om politieke standpunten uit te drukken.”

Invloed van de politieke spanningen

Na het bekendmaken van de toelating van Israël tot de komende editie, kondigden publieke omroepen uit Spanje, Ierland en Nederland aan niet deel te nemen. Deze landen hadden eerder hun steun voor Israël’s uitsluiting uitgesproken. De controverse werd verder aangewakkerd door de recente oppositie tegen de oorlog in Gaza en geruchten over manipulatie van het stemsysteem tijdens voorgaande edities.