Het vertrek van Sannino en de bredere context van het onderzoek
Stefano Sannino heeft aangekondigd dat hij voortijdig met zijn huidige functie als directeur-generaal voor het Midden-Oosten, Noord-Afrika en de Golf zal stoppen. Deze beslissing volgt op zijn betrokkenheid bij het lopende onderzoek naar mogelijk misbruik van EU-gelden. Zijn ontslag is de eerste hogere bestuursfunctie die wordt opgegeven in het kader van de steeds uitbreidende onderzoeken.
Verklaring en omstandigheden rond het vertrek
In een interne boodschap aan het personeel, gedateerd woensdag en ingezien door Euractiv, bevestigde Sannino dat hij was ondervraagd over een project dat plaatsvond tijdens zijn periode als secretaris-generaal van de diplomatieke dienst van de EU. Hij gaf aan dat hij vertrouwen heeft in de werkzaamheden van de magistraten en ervan overtuigd is dat alles uiteindelijk zal worden opgehelderd.
Reden voor het vertrek en de toekomst van de DG
Sannino verklaarde dat, uit de noodzaak de werkzaamheden van de Directeur-Generaal te beschermen, hij het niet meer gepast vond om zijn functie voort te zetten. Hij kondigde aan dat hij eind december met pensioen gaat. “De Directeur-Generaal moet zich blijven richten op haar werkzaamheden en de ambitieuze agenda uitvoeren die we hebben ontwikkeld,” schreef hij.
Doorstroom en opvolging binnen de organisatie
Michael Karnitschnig, de huidige adjunct-directeur van DG MENA, zal met onmiddellijke ingang optreden als waarnemend directeur. Zijn benoeming markeert een belangrijke stap binnen de organisatie in reactie op de ontwikkelingen rondom het onderzoek.
Repercussies van het onderzoek
Het vertrek van Sannino symboliseert de eerste leidinggevende die aftreedt in verband met de bredere onderzoeken. Deze omvatten onder meer invallen bij het Europees Dienstencentrum (EEAS) en het College van Europa, wat wijst op een zoeken naar meer betrokkenen binnen het schandaal.
