De Beslissing over het Bevriezen van Russische Activa
De Europese Unie heeft op donderdag ingestemd met de onbepaalde immobilisatie van Russische soevereine activa, waarmee een belangrijke belemmering voor het verstrekken van een herstellingslening van 210 miljard euro aan Oekraïne werd weggenomen. Deze beslissing volgde op onderhandelingen tussen EU-gezantenn en werd genomen nadat België en andere lidstaten akkoord gingen met het tijdelijk stilleggen van deze beleggingsmiddelen.
Het besluit is genomen nadat de Belgische premier Bart De Wever de legaliteit van de procedure in twijfel trok, met name met betrekking tot het voorstel van de Europese Commissie om de activa permanent te bevriezen onder een noodbepaling uit het EU-verdrag. Het gebruik van «Artikel 122» speelt hierbij een cruciale rol, omdat het voorkomt dat deze activa terugkeren naar Rusland indien de sancties tegen het Kremlin worden opgeheven. Hierdoor kunnen België en andere landen mogelijk worden verplicht honderden miljarden euro’s terug te betalen aan Rusland, mocht de lening doorgaan.
Juridische Overwegingen en Politieke Reacties
De meeste activa onder beheer van Euroclear, een centraal verwerkingshuis in Brussel, worden momenteel getroffen door sancties die elke zes maanden unaniem moeten worden verlengd door alle EU-lidstaten. Vele lidstaten, waaronder Hongarije onder leiding van Viktor Orbán, hebben zich herhaaldelijk uitgesproken tegen het verlengen van de sancties, waarbij zij dreigden deze te blokkeren. Desalniettemin hebben zij uiteindelijk altijd meegestemd, hoewel met tegenstemmen of afwezigheid.
Volgens een diplomaat binnen de EU steunden de meeste landen op donderdag de beslissing, terwijl andere zoals Hongarije en Slowakije, eveneens een voorstander van Rusland, waarschijnlijk tegen zouden stemmen bij de formele stemming op vrijdag. België zou mogelijk zich onthouden van stemming. Eerder had een Belgische diplomaat aangegeven dat België nog geen positie had ingenomen over de immobilisatie van de activa.
Controverse over het Gebruik van Artikel 122
De Belgische premier Bart De Wever uitte op woensdag zijn kritiek op het gebruik van artikel 122, dat bedoeld is voor noodgevallen. Hij stelde dat er geen sprake is van een echte noodsituatie, omdat de crisis zich uitsluitend afspeelt in Oekraïne en Oekraïne geen lidstaat van de EU is. Volgens hem is de situatie niet urgent genoeg om de uitzondering te rechtvaardigen.
Wereldwijd wordt de kwestie verder gevolgd terwijl de ontwikkelingen zich ontvouwen. Een woordvoerder van de Belgische regering wilde geen commentaar geven op de controversiële beslissing. Het blijft onduidelijk of België, dat nog geen officiële standpunt heeft ingenomen, openstaat voor verdere wijzigingen of dat het zich mogelijk zal onthouden of tegenstemmen bij de komende stemmingen.
Samenvatting en Huidige Stand van Zaken
Kort samengevat ondersteunt een groot deel van de EU de tijdelijke maatregel, hoewel er binnen sommige lidstaten, vooral die met pro-Moskou standpunten, verdeeldheid bestaat over de legaliteit en de wijze van implementatie. Het gebruik van «Artikel 122» vormt de kern van de discussie, vooral in het licht van de vraag of het een gerechtvaardigde noodzaak heeft en in hoeverre het past binnen de EU-regelgeving. De komende dagen wordt verwacht dat de uiteindelijke beslissing meer duidelijkheid zal bieden over de richting die de EU wil inslaan met betrekking tot de Russische activa en de bredere sanctiebeleid.









