Een belangrijke stap in de Europese energiekwestie is gezet nadat de EU-lidstaten en het Europees Parlement vroeg woensdag overeenstemming bereikten over het geleidelijk afbouwen van de import van Russisch gas, gepland voor 30 september 2027. Hiermee wordt een einde gemaakt aan de energiesamenwerking die al 57 jaar bestond tussen de EU en Moskou. Deze ontwikkeling vormt tevens de basis voor een voorstel van de Commissie om Russische olie te verbieden.
Details van de overeenkomst en toekomstige sancties
Volgens de overeenkomst wordt vanaf 1 januari 2027 een verbod ingesteld op LNG-vrachtwagens van Russische oorsprong, gevolgd door een verbod op pijpleidingimporten vanaf 30 september dat jaar. In tegenstelling tot de latere invoering worden spotaankopen al eerder beperkt: LNG-importen vanaf 26 april 2026 en gas via pijpleidingen vanaf 17 juni 2026.
De onderhandelaars bereikten een akkoord door concessies van de Europese Commissie, waarin Brussel zich bereid verklaarde een voorstel te presenteren voor een grootschalig verbod op Russische olie, zowel ruwe als geraffineerde olie, dat uiterlijk eind 2027 van kracht moet worden. Dit werd bevestigd door EU-regeringen die verwachtten dat de volledige verbodsmaatregel tegen die tijd geïmplementeerd zal zijn.
Historische afhankelijkheid en geopolitieke impact
Ondanks eerdere pogingen van Rusland om de energievoorziening te verminderen, bleef Europa vorig jaar bijna 10 miljard euro aan Russische gasleveringen betalen. De afhankelijkheid dateert sinds 1968, toen Oostenrijk via een pijpleiding haar eerste gas uit de Sovjetunie begon te betrekken. Duitsland volgde snel en leidde decennia van intensieve energieafhankelijkheid in. Rusland leverde op zijn hoogtepunt ongeveer 40% van de EU-gasvraag, dat neerkwam op ruim 140 miljard kubieke meter, oftewel meer dan 1.400 LNG-ladingen.
Toekomstige maatregelen en sancties
De EU benadrukte dat er nooit meer zal worden teruggekeerd naar energie-afhankelijkheid en economische chantage. Bedrijven die de grensoverschrijdende importverboden overtreden, riskeerden boetes van 40 miljoen euro, ofwel 300% van de transactieprijs, of 3,5% van de jaarlijkse omzet. Nationale autoriteiten krijgen de bevoegdheid om te bepalen welke sanctie wordt opgelegd. Ook moeten importeurs van mogelijk Russisch gas, gebaseerd op een door de Commissie beheerde lijst, vijf dagen voor import vooraf toestemming verkrijgen.
Bovendien kunnen EU-lidstaten verzoeken om een tijdelijke opschorting van vier weken van het verbod. Dit verzoek wordt beoordeeld en moet door de Commissie worden goedgekeurd na een evaluatie.









