Bezoek aan China en de ambitie voor een evenwichtiger economisch partnerschap
Van 3 tot 5 december zal de Franse president Emmanuel Macron naar China reizen met de bedoeling een meer “evenwichtig kader” te creëren voor de economische betrekkingen tussen Parijs en Beijing, zoals door de Franse regering officieel werd aangekondigd. Tijdens een briefing vorige week meldden Macron’s adviseurs dat de Franse leider gelooft dat China meer moet consumeren en minder exporteren. Deze boodschap komt in een periode waarin Europa geconfronteerd wordt met een ongekende stijging in Chinese industriële exporten.
Stijging van Chinese exporten en de impact op Europa
Tussen mei 2024 en mei 2025 steeg de Chinese export naar de EU met 12 procent. Vooral in Frankrijk was er een toename van 24 procent, terwijl de export naar Duitsland met 21,5 procent toenam. Volgens Chinese statistieken bereikte de handelsoverschot van Beijing met Europa tussen oktober 2024 en oktober 2025 de waarde van 310 miljard dollar, en steeg hiermee voor het eerst boven het overschot met de Verenigde Staten, dat 302 miljard dollar bedroeg.
Economist Thomas Grjebine van het Centre for Prospective Studies and International Information (CEPII) in Frankrijk stelde dat Chinese productiekosten nog steeds 30 tot 40 procent lager liggen dan in Europa voor vergelijkbare kwaliteit, deels dankzij een gunstige wisselkoers. Daarnaast zouden Chinese fabrikanten zich snel hebben opgewerkt en in sommige gevallen zelfs superieur zijn geworden aan hun Europese tegenhangers.
De zorgen van Europa over de Chinese economische koers
Grjebine merkt op dat Europa snel een evenwicht in de machtsverhoudingen moet herwinnen, omdat het voortbestaan van de Europese industrie op het spel staat. Franse publieke bezorgdheid over China neemt toe, mede door gebeurtenissen zoals de opening van de eerste fysieke winkel van fast-fashion gigant Shein in de prestigieuze BHV-warenhuis in Parijs, wat politieke commotie veroorzaakte. Economisten beschouwen dit echter als symptoom van een dieperliggend probleem.
Voor Grjebine biedt de concurrentie van Shein enige geruststelling doordat deze voornamelijk low-value sectoren bedreigt. Volgens hem richt China zich echter op de kern van de Europese industrie, waaronder de auto-industrie, chemie en geneesmiddelen.
Geopolitieke strategieën en langetermijnplannen van China
China heeft in oktober aangegeven dat haar komende vijfjarenplan zich zal richten op het opbouwen van een economie die vooral gericht is op export. François Godement, adviseur Azië aan het Institut Montaigne in Parijs, waarschuwt dat China momenteel 35 procent van ’s werelds industriële productie produceert en wellicht in de komende jaren 50 procent kan bereiken. Hij vreest dat Europa daardoor meer tot landbouw- en toeristische koloniën dreigt te worden gemaakt.
Technologie en investeringen: kansen en risico’s
Frankrijk erkent dat China beschikt over “zeer geavanceerde technologieën” en hoopt dat investeringen uit China naar Europa kunnen leiden tot technologische overdrachten. Sinds de jaren 1990 heeft Europa grote investeringen naar China gestuurd, meestal gepaard met technologische overnames, en hoopt nu op het omgekeerde. Volgens Godement is het echter van cruciaal belang om voorwaarden te stellen aan Chinese investeringen, zodat deze bijdragen aan het ondersteunen van Europese werkgelegenheid en technologische ontwikkeling.
Elvire Fabry, specialist in handels- en geopolitieke vraagstukken bij het Jacques Delors Instituut, benadrukt dat het noodzakelijk is om voorwaarden te stellen aan Chinese investeringen om te voorkomen dat lidstaten elkaar ondercutten en zo Beijing de gelegenheid geeft om voordeel te halen. Bijvoorbeeld, Hongarije onder leiding van Viktor Orbán is uitgegroeid tot een belangrijk investeringscentrum voor China binnen Europa, vooral op het gebied van elektrische voertuigen en accu’s. In 2024 kreeg Budapest bovendien een lening van 1 miljard euro van Chinese banken.
Volgens politicoloog Valérie Niquet moet Europa “zekerheden bieden” om tot overeenstemming met China te komen, waarbij Beijing mogelijk eisen zal stellen zoals het versoepelen van milieuregels voor Chinese projecten. Nu rest de vraag welke concessies Macron en de Europese Unie bereid zullen zijn te doen op weg naar een evenwichtiger economische relatie.









