Budgetteren klinkt saai, toch? Maar wist je dat bijna de helft van Nederlanders regelmatig geldproblemen heeft, juist door kleine valkuilen? Die onverwachte uitgaven die je niet ziet aankomen, of die slechte gewoonte om elke dag toch dat koffietje buitenshuis mee te nemen. Ik heb zelf ook jarenlang zitten ploeteren met m’n budget — en geloof me, het gaat niet vanzelf. Hier deel ik de grootste fouten waar ik steeds weer intrapte en hoe je ze met een beetje slimheid kunt omzeilen.
1. Onrealistische inkomsten en uitgaven inschatten
Meestal plannen we onze uitgaven op basis van het inkomen dat ‘normaal’ is — maar alsof het elke maand precies hetzelfde is! Negen van de tien keer vallen de extra kosten buiten je vaste lasten: cadeaus, onverwachte reparaties of jaarlijkse abonnementen die plotseling afgeschreven worden. Mijn moeder noemt dat ‘de stille sluipmoordenaar van je portemonnee’. De truc? Maak een buffer voor die onregelmatige kosten. Bijvoorbeeld, zet elke maand 50 euro apart voor dit soort verrassingen. misschien lijkt dat veel, misschien ook niet, maar het kan je echt uit de shit helpen.
2. Niet alle abonnementen en lidmaatschappen checken
Je kent het wel — je denkt dat je overal op tijd je abonnement op hebt gezegd, maar ondertussen betaal je nog voor die sportschool die je sinds mei niet meer hebt bezocht. Ik zat daar laatst ook mee, bleek dat ik drie streamingdiensten tegelijk betaalde. Echt zonde van je geld. Check je bankafschriften één keer per maand goed en schrijf alle abonnementen die je hebt op. Vervolgens: beslis wat je écht gebruikt en wat kan weg.
3. Kleine uitgaven negeren die in totaal fikse bedragen worden
De dagelijkse pakken koffie bij de buurtwinkel, snelle snacks en onnodige impulsaankopen — dat zijn de echte saboteurs. Ik dacht altijd: ach, dat ene broodje per dag is toch niet zo’n drama. Maar een collega zei laatst: “Denk eens aan je maandelijkse uitgaven als een mini supermarkt.” Als je daar elke dag tien euro uitgeeft zonder er echt bij stil te staan, tikt dat op tot driehonderd euro op de maand. Ik ben toen begonnen met rond de 5 euro per dag als ‘grens’ te nemen en dat scheelt best veel.
4. Geen duidelijk doel voor je spaargeld
Toegegeven, sparen om te sparen werkt bij mij niet altijd. Maar zodra ik een duidelijk doel had — een weekendje Texel, een nieuwe fiets of de jaarlijkse vakantie — was het ineens makkelijker om nee te zeggen tegen spontane uitgaven. Mijn advies? Maak niet één grote spaarpot, maar verdeel je geld over meerdere doelen, ook al zijn het kleine bedragen. Zo zie je sneller resultaat en raak je gemotiveerd om door te gaan.
5. Niet praten over geld
Geld is toch zo’n onderwerp waar men liever niet over praat — maar juist daardoor blijven we vaak in onze eigen valkuilen hangen. Mijn buurman vertelde dat hij met zijn vrouw nu elke maand even de financiën doorneemt, heel ongedwongen. Sindsdien is het rustiger in huis én blijft het budget beter op orde. Het klinkt misschien als een open deur, maar praten helpt echt. Ook met vrienden of collega’s kun je soms handige tips opvangen die je zelf niet had bedacht.
Bonus tip: gebruik een app die écht bij jou past
Er zijn zat budget-apps, maar ik merkte dat veel mensen afhaken omdat ze te ingewikkeld zijn. Probeer iets simpels zoals Spendee of de NL-budgetplanner — apps die speciaal voor Nederlanders zijn ontwikkeld. En sneak preview: vaak helpt het al om alleen je vaste lasten in te voeren en te zien wat er overblijft. Makkelijker plannen, minder stress.
Nou, je hebt het zo’n beetje gehad met mijn budget struggles. Misschien werkt het voor jou weer heel anders, maar als je dit leest en denkt: “hé, dat ga ik morgen meteen checken” — dan heb ik mijn doel bereikt. En als je andere slimme budgettips hebt — deel ze hieronder!
