Nederland staat vol met bekende hotspots: de grachten van Amsterdam, de tulpenvelden in Lisse, de molens in Kinderdijk. Maar eerlijk, hoeveel van die plekken zijn nu niet overvol? Soms wil je gewoon iets anders – rustiger, verrassender en vooral: minder toeristisch. Nou, ik ben afgelopen maanden een beetje off the beaten path gegaan en wil een paar pareltjes delen waar je écht nog weinig toeristen tegenkomt.
1. Het Nationaal Park De Biesbosch – water, water en nóg wat water
Toegegeven, De Biesbosch is niet helemaal onbekend, maar vergeleken met de Veluwe of Oostvaardersplassen echt haast leeg. Maanden geleden ben ik er met een kleine kano het water op gegaan. Geen drukte, alleen stilte, riet en af en toe een bever. Het voelt bijna alsof je midden in een natuurfilm zit – alleen dan nat en zonder publiek. Wil je dit spotten? Ga in het vroege voorjaar of late najaar, dat is het rustigst.
2. Schiermonnikoog – eilandgevoel zonder de hordes
Schiermonnikoog is een van de Waddeneilanden waar tig Nederlanders wel eens geweest zijn, maar toch komt er veel minder toerisme dan op Texel of Ameland. Het strand strekt zich kilometers uit, maar hé, plek zat. Een buurman uit Groningen zei laatst dat het er voelt alsof je heel even terug bent in de tijd – geen gekke winkels, geen rijen bij de viskraam. Alleen de wind, het water en jij. Zeker de moeite waard voor wie even wil ontsnappen aan de drukte.
3. De Utrechtse Heuvelrug – onbekende bossen en kastelen
Nederland is vlak, dat weten we. Maar de Heuvelrug verrast met glooiende landschappen, bossen en oude landgoederen. Best bijzonder dat veel stedelingen er nooit echt geweest zijn. Nou, ik ben een paar keer gaan wandelen langs de oude Populierenlanen bij Soesterberg – bijna niemand anders, en de herfstkleuren zijn daar magisch. Tip: neem een thermosfles koffie mee en blijf hangen bij Kasteel Groeneveld. Ik denk dat je je ogen uitkijkt.
4. Het Lauwersmeergebied – vogelparadijs ver van de massa
Als vogelaar – nou ja, een beetje – kan ik het Lauwersmeergebied niet overslaan. M’n collega uit Friesland noemt het “Nederland in het klein”, want je ziet er van alles, van zee-eenden tot bijzondere roofvogels. Het ligt nogal noordelijk, en dat is misschien waarom er relatief weinig toeristen zijn. Maar wil je een middag chillen met je verrekijker, dan is dit een topplek zonder Instagramdrukte.
5. Giethoorn – maar dan anders
Oké, Giethoorn is natuurlijk super bekend, maar ken je ook het buurtschap Dwarsgracht? Het is net zo idyllisch, met kanalen en bruggetjes, maar stukken rustiger. Ik ben er per fiets langs gereden en het voelde bijna alsof ik terug in de tijd ging. Je kunt er ook kajakken, maar dat wisten weinig mensen – misschien omdat het een beetje verstopt ligt. Zeker een aanrader als je Giethoorn te druk vindt.
Zo pak je het aan: mijn tips om verborgen parels te vinden
- Vermijd weekends en feestdagen. Probeer doordeweeks te gaan, meestal veel rustiger.
- Praat met locals. In ons dorpje, in de kroeg of op de markt hoor je vaak de beste tips.
- Stap eens per fiets of kano langs minder bekende routes. Zo ontdek je plekken die met de auto onzichtbaar blijven.
- Zet de navigatie uit. Gewoon gaan dwalen werkt soms het best.
In Nederland is verkennen nooit saai, als je maar even zoekt en niet achter de massa aanloopt. Natuurlijk, dit zijn niet de geheime plekken die niemand ooit heeft gezien — maar als je me vraagt, is het juist die kleine extra moeite die bepaalt hoe je het land beleeft. Misschien werkt dit voor jou ook, misschien vind je dat het allemaal te veel moeite is. Maar hé, ik ga binnenkort weer op pad… en wie weet waar ik dan uitkom.
Ken jij nog zo’n verborgen juweeltje? Drop het in de comments, ik ben benieuwd of ik wat gemist heb!