Reactie op het besluit om Russische soevereine activa te bevriezen
De Hongaarse premier Viktor Orbán heeft scherpe kritiek geuit op de beslissing van de Europese Unie (EU) om onbepaald de Russische soevereine activa ter waarde van 210 miljard euro te blokkeren. Hij beschouwde de maatregel als „duidelijk onrechtmatig” en stelde dat deze schade zou toebrengen aan de integriteit van het EU-rechtssysteem.
Orbán uitte zijn mening via sociale media, waar hij vroegtijdig op vrijdagochtend een verklaring plaatste. Hij stelde dat deze actie, die later op de dag door EU-gezanten officieel wordt goedgekeurd, aantoont dat „de Europese Commissie het Europese recht systematisch schendt” in plaats van de naleving van de EU-verdragen af te dwingen.
Volgens de Hongaarse leider is de beslissing een crossing van de Rubicon, waarmee hij verwijst naar een onomkeerbare grens die de fundamentele principes van de rechtsstaat ondermijnt. Hij voegde eraan toe dat het „rule of law” in de EU hiermee ten einde komt en dat de leiders van Europa zich boven de regels plaatsen.
De rol van artikel 122 en de gevolgen voor de politieke strategieën
De EU heeft vorig week artikel 122 van het verdrag voorgesteld, dat gisteren door de lidstaten informeler werd goedgekeurd. Deze bepaling stelt een „gekwalificeerde meerderheid” van 15 landen — dat wil zeggen 65% van de bevolking van de EU — in staat om de Russische activa permanent te bevriezen. Normaal gesproken vereist het sanctiebesluit unanieme goedkeuring van alle 27 lidstaten, wat elke zes maanden hernieuwd moet worden.
Door deze nieuwe toepassing van artikel 122 komt er een einde aan de gangbare procedures, en verliest Orbán een belangrijk instrument om druk uit te oefenen op de EU-leiders. Gedurende de afgelopen maanden heeft hij gedreigd niet mee te werken aan de verlenging van de sancties, in de hoop concessies af te dwingen. Toch heeft hij altijd uiteindelijk zijn steun teruggegeven.
Effecten op de onderhandelingen over herstelbetalingen en sancties
Deze wijziging in het sanctiebeleid betekent mogelijk een belangrijke drempel weg voor het verstrekken van een lang aangekondigde „herstelkrediet” aan Oekraïne. België, dat het grootste deel van de activa beheert die voor deze lening zouden worden gebruikt, vreest dat het de verplichting kan krijgen om honderden miljarden euro’s aan Moscou terug te betalen, mocht de sanctie op het Kremlin abrupt worden opgeheven.
Ook België en Hongarije zijn tegen het plan voor deze lening. De leiders zullen er volgende week tijdens een cruciaal EU-top in Brussel over spreken. Premier Bart De Wever van België heeft bovendien bezorgdheid geuit over het gebruik van artikel 122 op juridische gronden. Volgens twee diplomaten zullen België en Hongarije respectievelijk zich onthouden en tegen stemmen tijdens de stemmingen van vandaag.









